Armoede blijft een triest fenomeen in onze samenleving dat door de economische crisis steeds grotere proporties dreigt aan te nemen. 14,6% van de Belgische bevolking loopt het risico om in de armoede te belanden. Bij kinderen onder de 15 groeit dat cijfer zelfs naar 18,5%, bijna één op vijf.
Met het tweede federale plan armoedebestrijding engageert de federale regering zich meer dan ooit om de strijd aan te binden met armoede. De strijd tegen armoede loopt als een rode draad doorheen het regeerakkoord, niet alleen met de concrete acties uit dit plan maar ook met intentie ervoor te zorgen dat het huidige verschil tussen het vervangingsinkomen en arbeidsinkomen niet kleiner wordt. Werk blijft de beste remedie tegen armoede.
Dit plan armoedebestrijding is een basisinstrument in de strijd tegen armoede. Mijn beleidsprioriteiten daarbij zijn: het uitroeien van armoede bij kinderen, activering als wapen om uit de armoedecirkel te raken, een actief beleid door OCMW’s om armoede preventief de pas af te snijden en de strijd tegen sociale fraude, zodat de middelen kunnen gaan naar zij die ze echt nodig hebben. Mensen zelfredzaam maken door hen de middelen geven om uit de armoedecirkel te breken, is het eerste uitgangspunt van mijn armoedebeleid.
In dit plan vindt u vooral concrete acties die realistische oplossingen beogen en die het resultaat zijn van een intense samenwerking tussen regeringsleden. Armoede is immers een multidimensionaal fenomeen waartegen we op verschillende beleidsterreinen moeten werken. Mijn specifieke rol hierin is de input van alle regeringsleden te coördineren.
Het plan is opgebouwd rond zes belangrijke strategische doelstellingen: het verzekeren van de sociale bescherming van iedereen, het terugdringen van de kinderarmoede, toegang tot de arbeidsmarkt, huisvesting voor iedereen, garanderen van het recht op gezondheidszorg en een betere toegang tot overheidsdiensten voor de meest kwetsbaren.
Ik hecht bijzonder veel belang aan samenwerking en dialoog. Daarom zijn, naast de andere regeringsleden en administraties waaronder de OCMW’s, ook alle verenigingen binnen de armoedesector bevraagd. Zij kennen de realiteit die nog al te vaak verborgen blijft achter een goed gesloten voordeur. Hun input is dan ook van zeer groot belang geweest om van dit plan een goed overlegd, praktisch en realistisch werkinstrument te maken.