Uit de statistieken van de Federale Pensioendienst blijkt dat op 1 januari 2022 in Vlaanderen 50.842 of 3,6% van de 65-plussers een Inkomensgarantie voor Ouderen (IGO) of een Gewaarborgd Inkomen voor Bejaarden (GIB) ontvingen.
Zowel de Inkomensgarantie voor Ouderen (IGO) als het Gewaarborgd Inkomen voor Bejaarden (GIB) is een uitkering voor ouderen die de pensioengerechtigde leeftijd van 65 jaar bereikt hebben en die niet over voldoende financiële middelen beschikken. Meestal gaat het om een toeslag bovenop het pensioen, zodat men een bedrag bekomt dat vergelijkbaar is met het leefloon.
Op 1 juni 2001 werd het GIB vervangen door de IGO. De GIB-regeling is uitdovend, maar voorlopig blijven de twee regelingen naast elkaar bestaan. Wie al een GIB had met daarin voordeligere rechten dan bij de IGO, kan zijn GIB behouden. Bij alle nieuwe aanvragen wordt een IGO toegekend.
Daling van het aandeel 65-plussers met een inkomensgarantie in Vlaanderen
De afgelopen tien jaar daalde het aandeel 65-plussers met een inkomensgarantie (IGO of GIB) in Vlaanderen van 4,8% naar 3,6%. Deze daling zien we in alle Vlaamse provincies. Opvallend is de sterke daling van het aandeel 65-plussers met een inkomensgarantie in West-Vlaanderen (van 6,6% in 2013 tot 4,1% in 2022). In de provincie Antwerpen bleef de daling dan weer eerder beperkt (van 4,5% in 2013 naar 4,1% in 2022).
In scherp contrast met de daling in Vlaanderen, is het aandeel 65-plussers met een IGO of GIB in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gestegen: van 9,9% in 2013 tot 12,9% in 2022.
Toename van het bedrag uitgekeerd aan 65-plussers met een inkomensgarantie (IGO of GIB)
De daling van het aandeel 65-plussers met een IGO of GIB in Vlaanderen vertaalt zich ook in absolute cijfers. In 2013 waren er nog meer dan 58.000 ouderen met een inkomensgarantie, dit tegenover een kleine 51.000 ouderen met een inkomensgarantie in 2022. Deze daling verliep niet constant. Zo waren er in 2014 en 2015 meer ouderen met een inkomensgarantie dan in 2013. De sterkste daling vond plaats tussen 2015 en 2018. Sinds 2020 blijft het aantal ouderen met een IGO of GIB redelijk stabiel.
Opvallend is de sterke stijging van het bedrag uitgekeerd aan ouderen met een inkomensgarantie in de afgelopen 10 jaar, en dit ondanks het dalend aantal ouderen dat hier recht op heeft. Dit wordt verklaard doordat het gemiddeld uitgekeerde bedrag per oudere de afgelopen jaren is gestegen. De IGO- en GIB-uitkeringen werden reeds verschillende keren verhoogd in de laatste tien jaar.
De hoogste cijfers zien we in de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de steden Antwerpen, Gent, Oostende en Ronse. Ook de gemeenten in de Westhoek tellen relatief veel ouderen met een IGO of GIB.