Vlaanderen maakt deel uit van het natuurlijke verspreidingsgebied van zo’n 40.000 soorten levende organismen, een-celligen niet inbegrepen. Ze zijn gebonden aan een waaier van leefgebieden, maar staan onder invloed van een groot aantal door de mens veroorzaakte verstoringen. Diepgaande kennis en monitoring is vereist om een ecologisch gefundeerd milieubeleid te kunnen waarmaken. In het raam van het internationale initiatief ‘Countdown 2010’ zal dat essentieel zijn, willen we tegen 2010 de dramatische achteruitgang van de biodiversiteit een halt toeroepen. Gevolg gevend aan de opdracht in het Natuurdecreet van 1997, rapporteert het Instituut voor Natuurbehoud tweejaarlijks over de toestand van de natuur in Vlaanderen, over de oorzaken van achteruitgang en over de inspanningen voor behoud en herstel van de biodiversiteit.
Voor u ligt NARA 2005, het vierde rapport in de reeks sedert 1999. Elke versie bouwt verder op de voorgaande en streeft daarbij naar vernieuwing en verbetering. Uit een enquête en interviews bij lezers van NARA 2003 bleek dat de waardering voor het Natuurrapport groot is en toeneemt, maar vooral beter scoort bij wetenschappers en leden van natuurverenigingen dan bij de beleidsverantwoordelijken.
Dat vormde meteen dé uitdaging voor deze editie: het aanbieden van een selectie objectieve cijfers die eenvoudig en zinvol bruikbaar zijn voor het beleid. Hiertoe werden zowel in het proces als in de rapportering zelf een aantal vernieuwingen doorgevoerd: er wordt gewerkt met indicatoren, ‘smileys’ ter visuele beoordeling, hoofdlijnen en een beknopte samenvatting.
De grootste vernieuwing vormt ongetwijfeld de op het web bevraagbare set van Natuurindicatoren met een selectie van cijfers en een beknopte duiding. Diverse zoekingangen laten de gebruiker toe op een flexibele manier gegevens op te vragen. Een bijkomende troef is de permanente bijwerking, waardoor op elk ogenblik de meest actuele cijfers raadpleegbaar zijn.
We hopen dat hierdoor de toegankelijkheid, de bruikbaarheid en het gebruik van het Natuurrapport zal toenemen. Dat moet ertoe bijdragen dat Vlaanderen ook de internationale uitdagingen inzake natuurbehoud effectief en efficiënt helpt realiseren.
Met het Milieurapport (MIRA) en het Natuurrapport (NARA) beschikt het beleidsdomein Leefmilieu, Natuur en Energie alvast over twee informatiebronnen, gebaseerd op degelijke metingen en wetenschappelijk onderzoek. MIRA en NARA worden ook afgestemd op andere rapporteringen, zowel in Vlaanderen (o.a. Vlaamse Regionale
Indicatoren, Pact van Vilvoorde) als internationaal (o.a. European Environment Agency). Het aantal internationale verplichtingen inzake de opvolging en rapportering over de biodiversiteit blijft toenemen (o.a. Biodiversiteitsverdrag, Kaderrichtlijn Water, Vogel- en Habitatrichtlijnen), waardoor een stevig onderbouwde aanpak vereist is.
De uitbouw van een geïntegreerd programma biologische monitoring vormt dan ook een belangrijk aandachtspunt voor de volgende jaren. Daarin moeten zowel het Instituut voor Natuurbehoud, het Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer, de vrijwilligersnetwerken, de administraties, de openbare instellingen, de universiteiten en anderen elk een eigen rol vervullen. Een wetenschappelijke coördinatie en beleidsgerichte vertaling zal daarbij essentieel zijn.
Wellicht is dit het laatste Natuurrapport dat wordt uitgegeven door het huidige Instituut voor Natuurbehoud. Het NARA 2007 wordt een product van het nieuwe Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO), een fusie van het Instituut voor Natuurbehoud en het Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer. Voor het Natuurrapport betekent dit dat een grotere groep wetenschappers rechtstreeks betrokken zal zijn waardoor er een nog breder draagvlak aan de basis ontstaat.