3%-norm.
Eén van de centrale doelstellingen van Europa is dat alle Europese lidstaten jaarlijks 3% van hun Bruto Binnenlands Product aan Onderzoek en Ontwikkeling besteden. Vlaanderen heeft zich steeds ten volle geëngageerd in deze Europese ambitie en vertaalde die voor het eerst naar de Vlaamse context via het Innovatiepact en werd herbevestigd bij de ondertekening van het Pact 2020 in 2009.
Monitoring
ECOOM, het Expertisecentrum voor O&O Monitoring van de Vlaamse overheid, is verantwoordelijk voor de meting van de uitgaven van de Vlaamse bedrijven terwijl het departement Economie, Wetenschap en Innovatie de O&O inspanningen van de publieke onderzoeksinstellingen meet. De gezamenlijke resultaten woorden door ECOOM in de 3%-nota gegroepeerd en geanalyseerd.
Stand van zaken 2011
De meest recente cijfers voor de O&O-uitgaven als % van het Bruto Binnenlands Product van de regio geven voor 2011 een percentage van 2,40%, een opmerkelijke stijging ten opzichte van het niveau van 2009. Het rapport maakt ook volgende internationale vergelijking. Het EU27-gemiddelde stijgt lichtjes net als andere landen er licht op vooruit gaan. Maar deze stijgingen zijn veel beperkter dan de stijging voor Vlaanderen.
Binnen deze 3%-norm zou twee derde van de investeringen moeten komen van private financiering en één derde van publieke financiering. In dit kader zijn het vooral de O&O-uitgaven van de bedrijven die hoge toppen scheren en ver boven het EU-gemiddelde liggen. Deze private financiering zit voor 2011 met 1,70% heel wat dichter bij de doelstelling van 2% van het Bruto Binnenlands Product van de Regio. Maar ook de publiek gefinancierde uitgaven, 0,70% op basis van begrotingsgegevens, lag nooit zo dicht bij de norm van 1% van het BBPR.