Uit de data die verzameld en geanalyseerd werden, stelt de POM West-Vlaanderen de volgende feiten en tendensen vast:
- West-Vlaanderen telde in 2012 gemiddeld 29.865 niet-werkende werkzoekenden (nwwz). Dat waren er 4% meer dan in 2011 en 14,3% meer in vergelijking met 2008.
- Een aantal onder hen hebben het extra moeilijk om een job te vinden op de reguliere arbeidsmarkt: o Ruim de helft van alle nwwz (52,4%) is laaggeschoold (ten opzichte van 49% in Vlaanderen).
o 27,9% is ouder dan 50 jaar (ten opzichte van 25,3% in Vlaanderen).
o Eén op vier (25,5%) is reeds twee jaar of langer werkloos, en één op tien (10,1% van alle nwwz) vijf jaar of langer.
o Bijna een vierde (23,7%) is jonger dan 25 jaar. Tussen 2011 en 2012 is hun aantal toegenomen met 10%.
o In 2008 was één op de tien nwwz in West-Vlaanderen van vreemde origine. In 2012 is hun aandeel opgelopen naar ruim één op de zeven (of 15,4%). In 2012 waren er 13% allochtone nwwz in West-Vlaanderen meer dan in 2011.
o 16 op 100 van alle werkzoekenden heeft een arbeidshandicap (ten opzichte van 13% in Vlaanderen).
Uit die cijfers blijkt dat de nood aan tewerkstellingskansen voor werkzoekenden die moeilijkheden ondervinden om op de reguliere arbeidsmarkt aan de slag te kunnen, groot blijft. In dezelfde studie belicht de POM de tewerkstellingskansen binnen de sociale economie en neemt hiervoor 15 federale en Vlaamse tewerkstellingsmaatregelen onder de loep. De belangrijkste conclusies zijn:
- In 2012 creëerde de sociale economie in West-Vlaanderen in totaal 12.582 arbeidsplaatsen voor personen uit de kansengroepen. Dit komt overeen met 3,1% van de totale bezoldigde tewerkstelling in West-Vlaanderen.
- Vijf werkvormen staan samen in voor ruim 80% van de tewerkstelling in de sociale economie in West-Vlaanderen: de beschutte werkplaatsen (4.633 tewerkgestelde personen), art. 60 §7 van de OCMW-wetgeving (1.819), PWA (1.714), sociale werkplaatsen (1.017) en arbeidszorg (961).
- Tussen 2011 en 2012 groeide de sociale economie met 1,8% in West-Vlaanderen (ten opzichte van 0,5% in Vlaanderen).
- Het aantal tewerkgestelde personen uit de kansengroepen in de sociale economie maakt 20,1% uit van het Vlaamse totaal. Dit aandeel ligt hoger dan het aandeel van West-Vlaanderen in de bezoldigde tewerkstelling (18,7%) of in de beroepsbevolking (18,2%). West-Vlaanderen neemt haar taak inzake de (her)activering van personen uit de kansengroepen via de sociale economie dus goed waar.
- Sociale economie is ongelijk verdeeld in West-Vlaanderen. De regio Zuid-West-Vlaanderen springt er bovenuit met een derde (33,2%) van de West-Vlaamse tewerkstelling van kansengroepen. In de regio Oostende is sociale economie het minst aanwezig (10,4%).