In Vlaanderen is het aantal kippen in het laatste decennium met de helft gestegen

In 2021 bestaat de veestapel in het Vlaamse Gewest uit 46,6 miljoen landbouwdieren: 1,3 miljoen runderen, 5,8 miljoen varkens en 39,5 miljoen kippen. Dit is een stijging met 34,4% t.o.v. 2010.

Deze stijging is uitsluitend toe te schrijven aan de sterke groei van het aantal kippen: 14 miljoen stuks (+50,6%) op 10 jaar tijd tot 2020. Af te wachten valt of de recente daling in 2021 met 1,3 miljoen kippen (+45,7% t.o.v. 2010) zich verder zal doorzetten. Het aantal varkens en het aantal runderen vert…

In 2021 bestaat de veestapel in het Vlaamse Gewest uit 46,6 miljoen landbouwdieren: 1,3 miljoen runderen, 5,8 miljoen varkens en 39,5 miljoen kippen. Dit is een stijging met 34,4% t.o.v. 2010.

Deze stijging is uitsluitend toe te schrijven aan de sterke groei van het aantal kippen: 14 miljoen stuks (+50,6%) op 10 jaar tijd tot 2020. Af te wachten valt of de recente daling in 2021 met 1,3 miljoen kippen (+45,7% t.o.v. 2010) zich verder zal doorzetten. Het aantal varkens en het aantal runderen vertoonde sinds 2015 een licht neerwaartse trend (-5 %).

• De provinciale groei van het aantal kippen is ongelijk verdeeld, met de hoogste stijging in Antwerpen (62,3%), gevolgd door West-Vlaanderen (46%), Limburg (41%), Oost-Vlaanderen (25,7%) en Vlaams-Brabant (10,6%).
• Het aantal runderen en varkens is het laatste decennium alleen gegroeid in de provincie Antwerpen met respectievelijk 3,9% en 3,5%.
  De afbouw van het aantal varkens is betekenisvol voor Limburg (-20,1%) en Oost-Vlaanderen (-16,4%). Voor West-Vlaanderen en Vlaams-Brabant (-3%) zal moeten blijken of de afname zich doorzet.
  Voor runderen is de afbouw in vergelijking met de varkensreductie iets minder uitgesproken: -5,4% in Limburg, -7,7% in West- en Oost-Vlaanderen en -13,9% in Vlaams-Brabant.
• De helft van de groei van pluimveebedrijven (legkippen of vleeskippen) in het laatste decennium situeert zich in een beperkt aantal gemeenten. Deze bedrijven situeren zich vooral in Zuid-West-Vlaanderen (Alveringem, Langemark-Poelkapelle, Zonnebeke, Veurne), het Oost-Vlaamse Aalter, het Limburgse Bree en in de Antwerpse Noorderkempen (Hoogstraten, Wuustwezel, Ravels, Rijkevorsel, Brecht). De meeste varkens en runderen zijn ook te vinden in deze laatste Antwerpse gemeenten, met uitbreiding van de brede middenas in West-Vlaanderen en het westelijk deel van Oost-Vlaanderen.