Ieper (Kattenstad, Vredesstad) telt ongeveer 35.000 inwoners en is daarmee de op vijf na grootste stad van West-Vlaanderen. Ieper is tevens het centrum van het gelijknamige arrondissement en de grootste stad in de Westhoek.
De gemeente Ieper bestaat uit elf deelgemeentes. Naast het stadscentrum zelf, liggen daar rond nog de deelgemeenten Boezinge, Brielen, Dikkebus, Elverdinge, Hollebeke, Sint-Jan, Vlamertinge, Voormezele, Zillebeke en Zuidschote. In Boezinge ligt nog het gehucht Pilkem en in Vlamertinge ligt het gehucht Brandhoek. Ten oosten van het stadscentrum liggen een aantal gehuchten als Wieltje, Potyze en Verlorenhoek. In Zuidschote ligt het gehucht Lizerne, in Voormezele het gehucht Sint-Elooi.
Ieper ligt in Zandlemig Vlaanderen op een hoogte van 20 tot 37 meter. De belangrijkste waterloop is de Ieperlee, welke in noordelijke richting verloopt en uitmondt in de IJzer. Waterlopen als de Vijverbeek en de Bollaertbeek voeden de Ieperlee vanuit het West-Vlaams Heuvelland.
- De Ieperse vestingen vormen een grote gordel rond de stadskern.
- In de Ieperse deelgemeenten Dikkebus en Zillebeke liggen de Dikkebusvijver (36 ha) en Zillebekevijver (26 ha). Deze vijvers werden voor of in de 14de eeuw door afdamming gecreëerd met het oog op waterbevoorrading en doen tegenwoordig ook dienst als natuur- en recreatiegebied.
- Net ten zuiden van de stadsrand ligt naast de Zillebekevijver de 17de-eeuwse Verdronken Weide.
- Het gebied ten zuiden en oosten van Ieper was eeuwenlang een uitgestrekt bosgebied. Daarvan resten nu nog onder meer de Gasthuisbossen en het natuurgebied van het domein Palingbeek. Dichter bij de stad ligt het Tortelbos, in het westen van de gemeente liggen de Galgebossen.