Vóór WO II ijverde de vlasvezelbereidingsindustrie al voor de oprichting van een wetenschappelijk vlasinstituut. Vooral in het zuiden van West-Vlaanderen was vlas van grote economische betekenis. Daarom werd uitgekeken naar de oprichting van een studiecentrum met een degelijke technische voorlichting in de vlassector.
In die sfeer groeide in 1954 het idee om een provinciale onderzoeksinstelling op te richten. Die zou vooral de technische problemen met de nijverheidsgewassen bestuderen. De oprichting van het Provinciaal Onderzoeks- en Voorlichtingscentrum voor Nijverheidsteelten kwam tot stand bij Koninklijk Besluit van 26 mei 1956. Lucien Bockstaele, de eerste directeur, werd benoemd en een onderzoeker werd aangeworven. Beiden traden op 1 november 1956 in dienst. Het centrum werd van bij de start ingericht als een wetenschappelijke instelling.