De lokale beleidsperiode 2019-2024 begeeft zich richting uitgang: de gemeenteraadsverkiezingen van zondag 13 oktober 2024 verschijnen aan de horizon. Voor heel wat steden en gemeenten was het een woelige episode. De meerjarenplanning stond amper een goed jaar op papier toen een virus in maart 2020 mensen thuishield en lokale besturen verplichtte om hun werking helemaal om te gooien. Voor verschillende groepen in onze samenleving was dit een harde periode – denk bijvoorbeeld aan alleenstaanden, schoolgaande jeugd of zorgpersoneel. Ook binnen het brede vrijetijdsbeleid was ‘verder doen’ niet evident. De kern van dit aanbod wil mensen samenbrengen, hen aanzetten tot nieuwe ontdekkingen. Om virusverspreiding tegen te gaan was dit in bepaalde fases van de pandemie strikt verboden. Toen we met zijn allen in het voorjaar van 2022 voorzichtig de deuren weer opengooiden, was bij een deel van het publiek duidelijk schroom voelbaar. De vluchtelingenstroom uit Oekraïne boorde solidariteit aan bij de bevolking en lokale besturen. Opvanginitiatieven, een aanbod op het vlak van onderwijs en vrije tijd: heel wat steden en gemeenten kregen het gedaan mèt hun inwoners. Maar toen enkele maanden later bleek dat de energieprijzen ongeziene hoogten bereikten, zakte de sfeer in elkaar. De meerjarenbegroting die in 2019 opgesteld was, bleek lastig vol te houden. Lokale besturen dachten na over een lagere temperatuur van het zwemwater, het groeperen van medewerkers op één te verwarmen werklocatie of het uitschakelen van straatverlichting. De voorbije jaren waren voor medewerkers en bestuurders op zijn minst onvoorspelbaar te noemen, maar waren gelukkig geen periode van enkel kommer en kwel. Heel wat mensen leerden zich te beredderen, hun opdracht anders in te vullen en creatief om te gaan met de (kleine) mogelijkheden die er waren. Wat de nieuwe lokale legislatuur zal brengen, is een vraagteken. Tegelijkertijd staat vast dat een aantal tendensen zich verder zullen zetten, dat de onderstroom van maatschappelijke en bestuurlijke evoluties verder kabbelt (of kolkt?).
De VVSG schreef deze tekst samen haar partners uit de vrijetijdssector: belangenbehartigers en steunpunten die in Vlaanderen samen met de lokale besturen en het middenveld aan de vrijetijdskar trekken.