De belangrijkste lering die uit de publicatie van het conjunctuurverslag in de textiel- en kledingindustrie kan worden getrokken, is als volgt:
In België en in de rest van de wereld liep de economische bedrijvigheid in 2020 in de pas van de lockdown-maatregelen die door een aantal regeringen werden genomen in een poging de verspreiding van het coronavirus in te perken.
Naast de impact van het coronavirus op zijn economie dreigde België ook voluit de gevolgen te voelen van een brexit zonder akkoord. Gelukkig ondertekenden de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk, in extremis, een handels- en samenwerkingsakkoord in december 2020, die het mogelijk maakt om, mits de producten aan de oorsprongsregels voldoen, quota en de betaling van douanerechten te vermijden. De uitvoerende bedrijven zullen echter aan een aantal douaneformaliteiten en -controles moeten voldoen.
Het ondernemersvertrouwen in de textielindustrie is aan het begin van de gezondheidscrisis sterk gedaald en bereikte in mei 2020 een extreem laag niveau, d.w.z. nog iets onder het niveau dat tijdens de economische en financiële crisis van 2008-2009 werd opgetekend. De vertrouwenscurve van de bedrijven is daarna weer gestegen, maar de laatste ruwe gegevens voor 2020 laten een verdere daling zien.
Textielindustrie (C13)
De indicatoren die in 2019 voor een gunstige evolutie in de textielindustrie zorgden, zijn de stijging van de omzet en van de investeringen, de toename van de oprichtingen van ondernemingen, de toename van het aantal btw-plichtigen, de vermindering van het aantal failliete ondernemingen en van het aantal verloren arbeidsplaatsen ten gevolge van die faillissementen, alsook de toename van de uitvoer en van het saldo op de handelsbalans. De indicatoren die daarentegen een schaduw wierpen op de tabel zijn de daling van de productie, de stijging van de productieprijzen, de vermindering van de tewerkstelling en van de loonmassa, de vermindering van het aantal werkgevers, de toename van de schrappingen van ondernemingen en de stijging van de invoer.
In het eerste deel van 2020 kenden zo goed als alle indicatoren een ongunstige evolutie in de textielindustrie. Het gaat met name om de daling van de omzet en van de investeringen, een afname van de productie, een vermindering van de tewerkstelling, van de loonmassa en van het aantal werkgevers alsook de vermindering van de uitvoer, de stijging van de invoer en de verslechtering van het saldo op de handelsbalans. De elementen die de textielindustrie ondersteunden in het eerste deel van 2020 zijn minder in getale. We noemen de daling van de productieprijzen, een vermindering van het aantal faillissementen en verloren arbeidsplaatsen door die faillissementen. We wijzen hierbij echter op het moratorium op de faillissementen dat afgekondigd werd door de Belgische regering, waardoor het aantal faillissementen in de hoogte zou kunnen gaan zodra de maatregel ten einde loopt.
Kledingindustrie (C14)
In 2019 evolueerden zo goed als alle indicatoren ongunstig in de kledingindustrie. Er was een daling van de omzet en van de investeringen, een afname van de productie, een toename van de productieprijzen, een vermindering van de tewerkstelling, van de loonmassa en van het aantal werkgevers. De vermindering van het aantal opgerichte ondernemingen en de toename van het aantal geschrapte ondernemingen, alsook een toename van de faillissementen en van de daardoor verloren arbeidsplaatsen hadden eveneens een negatieve invloed in de economische gezondheid van de kledingindustrie. Dat geldt ook voor de buitenlandse handel, de een netto vermindering van zijn uitvoer kende. Enkel de toename van het aantal btw-plichtige ondernemingen, de vermindering van de invoer en de verbetering van het saldo op de handelsbalans hebben de negatieve balans van de kledingindustrie in 2019 enigszins gecompenseerd.
In het eerste deel van 2020 kenden zo goed als alle indicatoren een ongunstige evolutie in de kledingindustrie. Het gaat dan met name om de vermindering van de omzet en van de investeringen, een terugval van de productie, een vermindering van de tewerkstelling, van de loonmassa en van het aantal werkgevers alsook een stijging van het aantal verloren arbeidsplaatsen ten gevolge van de faillissementen. De verzwakking van de uitvoer en de verslechtering van het saldo op de handelsbalans hadden eveneens een negatieve uitwerking in de kledingindustrie. Er waren dan ook slechts weinig elementen die de kledingindustrie ondersteunden in het eerste deel van 2020, namelijk de daling van de productieprijzen, de vermindering van het aantal faillissementen en de daling van de invoer. We herhalen hier nog eens dat de Belgische regering een moratorium op de faillissementen heeft uitgevaardigd en dat het aantal faillissementen daardoor onderschat zou kunnen worden. We vermelden tevens dat 2020 een bijzonder jaar is, vervuld van angsten rond de coronapandemie en een tot december gevreesde brexit zonder akkoord.