De zogenaamde ‘waterbom’ van 2021 was een uitzonderlijke gebeurtenis. In één klap werd leesbaar hoe kwetsbaar onze leefomgeving is en hoe waterveiligheid, klimaatverandering en onze ruimtelijke en economische inrichting op elkaar ingrijpen. Het was een wake-upcall voor elke getroffen regio, en zeker ook voor ons als Vlamingen. We wonen namelijk in een dichtbevolkt, laaggelegen en historisch nat rivierengebied. Mocht een dergelijke ‘waterbom’ op Vlaanderen vallen, dan zou de menselijke en materiële impact zeer groot zijn én heel Vlaanderen raken. De schade van zo’n fenomeen wordt op miljarden euro’s geraamd. Bij zo’n gebeurtenis als de ‘waterbom’ is het natuurlijk onmogelijk om schade helemaal te voorkomen. Dat neemt niet weg dat we onszelf wel bijzonder weerloos hebben gemaakt. Door ons natuurlijk watersysteem in te perken – of juister: door het compleet om te bouwen – om intensief landgebruik mogelijk te maken, hebben we onze kwetsbaarheid gevoelig vergroot, terwijl de klimaatverandering de kans op dat soort uitzonderlijke regenval net fors doet toenemen. Onze toenemende kwetsbaarheid en de toenemende kans op uitzonderlijke regenval leveren samen een onhoudbaar risico op. Vandaag zijn de maatschappelijke en economische kosten bij uitzonderlijke regenval – zelfs als die minder extreem is dan in 2021 – dan ook onaanvaardbaar hoog.
Met ‘Weerbaar Waterland’ formuleert het expertenpanel een aangepaste strategie voor de waterzekerheid in Vlaanderen, met tien samenhangende acties en een plan van aanpak om die strategie zo snel mogelijk tot uitvoering te brengen. Het panel doet dat op basis van wetenschappelijke kennis, hun eigen expertise, de vergelijking met buitenlandse praktijken, en praktijkervaring en terreinkennis uit de eigen regio.
Het expertenpanel kreeg ook de opdracht om het gewenste niveau van waterveiligheid te definiëren. Het panel is van mening dat bij het bepalen van zulk niveau een integrale benadering van het watersysteem moet gehanteerd worden en een maatschappelijk debat nodig is. Het expertenpanel onderbouwt de stelling dat een gewenst niveau van waterveiligheid in Vlaanderen enkel kan worden bereikt als we de natuurlijke werking van het watersysteem in elk bovenstrooms landschap en in elke vallei
herstellen en wederopbouwen. Als water niet de ruimte krijgt die het nodig heeft, dan maakt het die ruimte zelf – denk aan vorige zomer. Daarom moeten we het water, in plaats van het alsmaar verder in te perken, overal maximaal vasthouden en bergen – dus ook ver buiten de waterlopen! En daarbij moeten we absolute prioriteit geven aan natuurgebaseerde oplossingen. Daarmee beperken we niet alleen de schade bij uitzonderlijke regenval (waterveiligheid), maar vullen we ook onze watervoorraden aan voor periodes van droogte (waterbeschikbaarheid). Waterveiligheid + Waterbeschikbaarheid = Waterzekerheid. Samen met deze grondige renovatie kunnen we ook de nodige doorbraken realiseren voor andere prioritaire maatschappelijke projecten en transities, in een geïntegreerde strategie – denk aan natuurontwikkeling, klimaatbestendige landbouw, ontharding, (her)ontwikkeling van wonen en industrie 4.0.
Weliswaar zijn er al intenties om toekomstbestendig en geïntegreerd aan de slag te gaan, maar in de praktijk wordt water nog altijd te veel en te snel afgevoerd, is geïntegreerde actie te sterk afhankelijk van op zich staande initiatieven, zijn er te veel uiteenlopende sectorale benaderingen, en verhinderen fragmentatie en onduidelijkheid van bevoegdheden daadkrachtige en consistente actie. Met andere woorden: het op peil houden en verhogen van onze waterveiligheid én onze waterbeschikbaarheid in het licht van de klimaatverandering gaat te traag. Als we er niet in slagen de realisatie te versnellen, dan haalt de klimaatverandering ons in.
Daarom spitst het panel zich in zijn advies uitdrukkelijk toe op de stappen die we vanuit deze nieuwe strategie naar de praktijk moeten zetten – de stappen naar de versnelde uitvoering, voorbij de papieren intenties. We gaan daarbij op de schouders staan van bestaande succesvolle en veelbelovende initiatieven in Vlaanderen. En van de uitzonderlijke projecten die vandaag al de voorafbeelding zijn van een Weerbaar Waterland maken we de norm voor de komende decennia.
Om Vlaanderen waterzeker te maken en om de maatschappelijke kosten van uitzonderlijke waterfenomenen naar een aanvaardbaar niveau terug te brengen, hebben we een forse omslag nodig, op een zeer breed terrein – van het Vlaamse tot het lokale niveau, en van de planvorming tot de uitvoering en het beheer. Deze omslag vergt:
• Toekomstbestendige en taakstellende doelen voor waterzekerheid, vertaald in concrete actieprogramma’s en stevig ingebed in ...
• … een doelmatig institutioneel kader én een efficiënte rolverdeling om de transitie van ons watersysteem te versnellen,
• … die samen een kentering in onze omgang met water bewerkstelligen ...
• … en Vlaanderen positioneren als koploper en aanjager van een geïntegreerde aanpak voor waterzekerheid in Europa.