De belangrijkste uitvoerproducten van de Belgische ondernemingen waren in 2021 producten uit de chemische nijverheid, maar ook voertuigen en vervoermaterieel, evenals machines en elektrische apparaten en minerale producten.
In 2021 was de farmaceutische industrie, binnen de verwerkende nijverheid, de belangrijkste sector in het creëren van toegevoegde waarde, gevolgd door de chemische nijverheid en de voedings- en drankenindustrie.
De jaarlijkse groei van het bbp is in 2021 in België sterk aangetrokken (+6,1 %) door het wereldwijde herstel van de economische activiteit. Het herstel van het bbp in België was meer uitgesproken dan dat van de Europese Unie (27 landen; +5,4 %) en dat van de eurozone (+5,3 %). Het bbp van België is in het derde kwartaal van 2022 met 1,9 % op jaarbasis gestegen, wat trager is dan in het voorgaande kwartaal (+4,1 % op jaarbasis). De binnenlandse vraag exclusief voorraden, met uitzondering van de investeringen, de netto-uitvoer en de verandering in voorraden hebben tot die gunstige ontwikkeling van het bbp in het derde kwartaal van 2022 bijgedragen.
Diensten zijn doorgaans de belangrijkste motor van de Belgische economische groei. In 2021 waren ze ook de belangrijkste ondersteuners van het herstel van de economische activiteit.
De productie-index in de verwerkende industrie en voor de energiesector hebben beide in 2021 hun niveau van vóór de crisis overschreden, terwijl dat voor de bouwsector niet het geval is. In 2022 vertoont de productie in de industrie, met uitzondering van de bouw, en in de energiesector een algemeen dalende tendens, terwijl zij zich in de bouwsector opnieuw asynchroon ontwikkelt en in 2022 dynamischer is dan in 2021.
De bedrijvendemografie was in 2021 opnieuw sterk, met meer oprichtingen dan stopzettingen en een nettosaldo van 43.839 eenheden, het grootste nettosaldo dat in de periode 2017-2021 is waargenomen. In het derde kwartaal van 2022 verzwakte de ondernemingsdynamiek echter. Ondanks een nog steeds positief nettosaldo (8.913 eenheden), is het aantal eenheden op jaarbasis met 2.236 gedaald.
Al met al bleek 2021 een gemengd jaar op de arbeidsmarkt te zijn. Hoewel de arbeidsparticipatie steeg, namen de totale werkloosheid en die van jongeren onder de 25 allebei toe. De in het eerste en tweede kwartaal van 2022, met een jaar verschil, geconstateerde verbetering van alle arbeidsmarktindicatoren ten opzichte van het voorgaande jaar heeft zich in het derde kwartaal van 2022 voortgezet. Zo bedroeg de jeugdwerkloosheid in het derde kwartaal van 2022 18,3 % (tegen 19,5 % een jaar eerder) en de totale werkloosheid 5,6 % (tegen 6,4 % een jaar eerder). In het derde kwartaal van 2022 bedroeg de arbeidsparticipatie 66,9 % (tegen 66,4 % een jaar eerder).
De inflatie, gemeten aan de hand van de verandering in het geharmoniseerde indexcijfer van de consumptieprijzen (GICP), is in 2022 sterk toegenomen, van 3,2 % in 2021 tot 10,3 % in 2022. Hoewel alle componenten van het GICP stijgen, is het alleen de energiecomponent die verantwoordelijk is voor meer dan de helft van de totale inflatie.
Voor de groeivooruitzichten op korte termijn voor de Belgische economie, heeft het economische herstel zich reeds voortgezet in 2022, waarbij de groei 3,1 % bedroeg. Nochtans geeft het Federaal Planbureau echter aan dat de Belgische groei in 2023 weer zou vertragen tot 1 % in 2023.