Omwille van een erg laag investeringsniveau blijft het herstel in de eurozone achter op deze bij vorige periodes van recessie en t.o.v. andere geavanceerde economieën. De situatie is wel aan het verbeteren, waarbij de groei in België wat langzamer op gang zou komen. Het effect van de groeivertraging in heel wat opkomende landen zou hier beperkt blijven. De Belgische textielsector leek in 2015 al te profiteren van de verbeterende economie in de eurozone. Eind 2014 en begin 2015 was er nl. een opstoot van de omzet van de Belgische textielsector, zodat deze over de eerste drie kwartalen van 2015 aanzienlijk hoger was dan in dezelfde periode van 2014. Na de initiële stijging rond de jaarwisseling viel de omzetgroei evenwel stil, zowel in het binnen- als in het buitenland. Terwijl de omzet van tapijten nog toenam in de eerste drie kwartalen van 2015, bleef deze van de veredelaars stabiel en zakte ze in de andere segmenten. Dankzij het overloopeffect bleef de totale omzet in elk segment wel hoger dan één jaar eerder.
De gegevens over de buitenlandse handel in textiel bevestigen het positieve effect dat uitging van de buitenlandse vraag. De cijfers tonen een verhoogde doorvoer van textiel maar eveneens een hogere textielafzet in het buitenland, met een stijging van het handelsbalansoverschot tot gevolg. De meeste segmenten verbeterden hun handelsbalans, behalve de productgroepen technisch textiel en garens. De ontwikkeling van de Belgische textielinvoer over de voorbije jaren wijst vooral op een toenemend belang van Azië zonder China. De hogere omzet van textiel tussen januari en september 2015 zou zowel gerealiseerd zijn via een hoger productievolume als via een hogere afzetprijs. Het voorzichtige herstel van de textielsector in 2014 lijkt zich dus te bevestigen in 2015. Ook de gegevens over de bedrijfsresultaten en toegevoegde waarde volgens de nationale rekeningen wijzen op een aanhoudend herstel in de sector. Eén minpunt is wel de gevoelige daling van de binnenlandse bestellingen tijdens het laatste kwartaal volgens de conjunctuurenquêtes van de Nationale Bank, wat een domper zet op het overwegend positieve ondernemersvertrouwen in de rest van het jaar.
De betere resultaten gaven aanleiding tot een verder herstel van de investeringen in de textielsector over de eerste drie kwartalen van 2015, zodat de investeringen steeds dichter komen bij het niveau van voor de grote recessie.
De verbeterde situatie kwam in 2015 vooral tot uiting in de werkgelegenheid, waarmee hopelijk het einde is ingeluid van de enorme tewerkstellingsverliezen sinds 2008. Midden 2015 waren er ongeveer evenveel werknemers in de sector actief als bij de aanvang van het jaar. Voor het eerst was er daarbij ook nauwelijks een verlies aan tewerkstelling bij de arbeiders. Het is echter te vroeg om te spreken van een definitieve ommekeer, te meer aangezien de ondernemers uit de textielsector in november en december overwegend pessimistisch waren t.a.v. hun werkgelegenheidsvooruitzichten.
In tegenstelling tot de textielsector was er in het laatste kwartaal van 2015 een versterking van het ondernemersvertrouwen in de Belgische kledingsector, komende van een relatief laag niveau. Nochtans was er ook hier een stevige toename van de omzet over de eerste drie kwartalen van het jaar, grotendeels dankzij de toename van de buitenlandse omzet in het tweede kwartaal. Dit was ook hier het resultaat van zowel hogere afzetprijzen als een groter productievolume. Deze productie wordt echter steeds meer in het buitenland gerealiseerd, en dan vooral in maakloon, met als gevolg dat de waarde van de binnenlandse kledingproductie licht zou zijn gedaald in 2015. Dit gaf ook aanleiding tot een lagere bezettingsgraad. Een sterke afname van de kledingvoorraden op het einde van het jaar duiden misschien op beterschap. De hogere kledingomzet in het buitenland vinden we ook terug in de cijfers over de Belgische buitenlandse handel in kleding, aangezien de uitvoer en doorvoer sterk toenam over de eerste drie kwartalen van 2015. Met een gelijktijdige daling van de kledinginvoer zakte het handelsbalanstekort in kleding tot minder dan de helft dan in dezelfde periode van 2014. De kledinguitvoer naar belangrijke bestemmingen zoals Frankrijk, Nederland, Italië en in mindere mate Duitsland nam toe terwijl de invoer hieruit afnam, net zoals de invoer uit een aantal Pan-Euro-Med landen. Ook voor wat betreft de kledinghandel won de invoer uit Azië de voorbije jaren aan belang.
Het betere investeringsklimaat kwam tot uiting in een sterke toename van de investeringen in het eerste en derde kwartaal van 2015 in vergelijking met één jaar eerder, zoals ook blijkt uit de investeringsenquête van de Nationale Bank.
In het eerste kwartaal stond de werkgelegenheid in de kledingsector nog onder druk maar dit verbeterde vanaf het tweede kwartaal en in het derde kwartaal waren er iets meer werknemers in de sector actief dan in het eerste kwartaal. Daarbij valt vooral op dat er toen een lichte toename was van het aantal arbeiders in de sector.
Dat de Belgische textiel- en kledingsector in 2015 vooral gestuwd werd door de omzet in het buitenland blijkt ook uit de omzet in de Belgische textiel- en kledingdetailhandel, waarvan de omzet over de eerste drie kwartalen nauwelijks toenam. Ook de uitzonderlijk warme temperaturen in het vierde kwartaal zullen hier waarschijnlijk geen verandering in brengen. De gegevens over de eerste drie kwartalen van 2015 wijzen dus op een duidelijk herstel van de Belgische textiel- en kledingsector in die periode. Er zijn nog onvoldoende gegevens om te weten of het zwakkere vertrouwen van de textielondernemers in het laatste kwartaal gepaard gaat met een dip in die periode. Als niets in de weg komt van de verwachte heropleving in de Eurozone, is er in elk geval alle reden om te hopen op een verder herstel van de Belgische textiel- en kledingsector in 2016