Deze studie van de Nationale Bank van België (NBB), uitgevoerd door onderzoekers van UGent, UCLouvain en de NBB zelf, evalueert een uniek federaal beleidsinstrument dat sinds 2016 van kracht is: een permanente vrijstelling van patronale RSZ-bijdragen voor de eerste werknemer die een onderneming aanwerft. De maatregel werd ingevoerd met als doel het ondernemerschap te stimuleren en de drempel voor het aanwerven van personeel te verlagen.
De onderzoekers gebruikten een gedetailleerde paneldataset met Belgische ondernemingsgegevens over de periode 2009–2019 om de effecten van deze subsidie te analyseren. Drie jaar na de invoering van de maatregel steeg het aantal bedrijven met exact één werknemer met 7,2%. Opmerkelijk is dat er geen significante toename was in het aantal bedrijven met meer dan één werknemer. Dit suggereert dat de maatregel vooral leidt tot een toename van micro-ondernemingen, zonder dat die doorgroeien tot grotere structuren.
Een bijkomende analyse met een algemeen evenwichtsmodel zonder marktstoringen toont aan dat de waargenomen effecten grotendeels verklaard kunnen worden zonder dat men beroep hoeft te doen op marktfalingen. De auteurs concluderen dat de maatregel, ondanks zijn populariteit en beperkte impact op de bredere economie, relatief duur is. De verwachte effecten op lonen en globale economische output zijn klein, wat vragen oproept over de efficiëntie van dit soort size-dependent subsidies.