De afgelopen maanden zijn de prijzen van landbouwgrondstoffen zeer sterk toegenomen. Deze stijging houdt verband met vele factoren, maar de belangrijkste zijn de gevolgen van de COVID-crisis, die sommige markten heeft verstoord, de stijging van de prijzen voor energieproducten en de oorlog in Oekraïne. Deze prijsstijgingen van grondstoffen en energie hebben een duidelijke impact op de consumptieprijzen van levensmiddelen.
De huidige context van hoge inflatie doet de vraag rijzen naar de transmissie van de prijzen binnen de verschillende ketens van de Belgische agro-voedingsindustrie in haar geheel, waarbij de analyse van het niveau en de evolutie van de marges van de verschillende sectoren centraal gesteld wordt.
Het eerste deel zet de evolutie van de consumptieprijzen voor levensmiddelen sinds 2010 uiteen. Ook worden deze ontwikkelingen vergeleken met die in de buurlanden.
In het tweede deel wordt vervolgens de Belgische agro-voedingssector in zijn geheel bekeken aan de hand van de evolutie van de geaggregeerde prijzen op het niveau van elk van de drie schakels van de keten: de prijzen van landbouwgrondstoffen, de prijzen van de industriële productie (verkoopprijzen of PPI) en de consumptieprijzen.
Het derde deel geeft een historisch overzicht van de evolutie van de marges van verschillende sectoren van de levensmiddelenindustrie en de detailhandel. Op die manier wordt nagegaan in hoeverre de sectoren al dan niet reeds verzwakt waren vóór het begin van de actuele periode van druk op de productiekosten. De nadruk zal liggen op het vergelijken van de situaties vóór de Covid-periode en tijdens de crisis (2020 en 2021).
Het laatste deel is gewijd aan het specifiek analyseren van elk van de geselecteerde sectoren, met twee soorten analyses voor elk van deze sectoren. De eerste is vergelijkbaar met het tweede deel van deze studie, namelijk een vergelijking tussen de evolutie van de prijzen van de voornaamste grondstoffen voor de betrokken sector, het indexcijfer van de industriële prijzen van de activiteitklasse in kwestie en de index van de consumptieprijzen van de producten die uit deze activiteit voortvloeien. Ook wordt een vergelijking voorgesteld met de evolutie van deze indexen in de drie buurlanden. De tweede analyse is gericht op een inschatting van de evolutie van de recente marges op het niveau van de industriële productie en de detailhandel voor elk van deze sectoren. Een theoretisch model, gebaseerd op de vergelijking van de evolutie van de kosten en de verkoopprijzen, wordt voorgesteld om trends vast te stellen. Aldus kan een eerste beeld worden verkregen van de evolutie van de marges in 2022, een beeld dat uiteraard zal moeten worden bevestigd wanneer de boekhoudkundige rekeningen voor 2022 beschikbaar zijn. De oefening wordt uitgevoerd voor het industriële stadium van elke sector en voor de eindproducten verkocht in de detailhandel voor het distributiestadium.