Visienota: arbeidsmarktpositie sociale huurder en doorstroom uit sociale woningmark

Uit de Woonsurvey 2018 blijkt dat slechts 26% van de sociale huurders werkt. Een bevraging van het Agentschap Wonen in Vlaanderen in 2023 bij de woonmaatschappijen bevestigt deze verhouding, en leert dat 21% van de sociale huurders niet beroepsactief is, maar wel arbeidspotentieel heeft. Dat maakt het aangewezen een beleid uit te stippelen om de arbeidsmarktpositie van de sociale huurders te versterken, met de intentie om sociale huurwoningen voor te behouden voor sociale huurders die er het mee…

Uit de Woonsurvey 2018 blijkt dat slechts 26% van de sociale huurders werkt. Een bevraging van het Agentschap Wonen in Vlaanderen in 2023 bij de woonmaatschappijen bevestigt deze verhouding, en leert dat 21% van de sociale huurders niet beroepsactief is, maar wel arbeidspotentieel heeft. Dat maakt het aangewezen een beleid uit te stippelen om de arbeidsmarktpositie van de sociale huurders te versterken, met de intentie om sociale huurwoningen voor te behouden voor sociale huurders die er het meeste nood aan hebben. De Vlaamse Regering stemt daarom in met de visienota met voorstellen om de arbeidsmarktpositie van de sociale huurder te versterken en de doorstroom uit de sociale woningmarkt te stimuleren. Daarvoor worden volgende sporen uitgezet: het versterken van monitoring en gegevensdeling, maatregelen om het risico op een werkloosheids- en inactiviteitsval te verkleinen, en het bijsturen van de regelgeving van de huurcontracten van onbepaalde duur om de doorstroom te stimuleren.