50,7% van de zelfstandige ondernemers in Vlaanderen heeft werkbaar werk. Dat blijkt uit de Vlaamse werkbaarheidsmonitor die de Stichting Innovatie & Arbeid van de SERV driejaarlijks uitvoert. Na een duidelijke stijging van de werkbaarheidsgraad in het begin van het decennium, zien we nu een stagnering. De ambities die de sociale partners en de Vlaamse Regering in het Pact 2020 formuleerden voor werkbaar werk worden zo een moeilijke opdracht.
Karel van Eetvelt, voorzitter SERV: “In het Pact 2020 engageerden de Vlaamse sociale partners en de Vlaamse Regering zich om te streven naar een werkbaarheidsgraad van 55% voor zelfstandige ondernemers in 2020 en zo mensen langer aan de slag te houden. De werkbaarheidsmonitor 2016 leert ons dat dit een lastige opdracht zal worden. Vooral het hoog aantal zelfstandigen met werkstressklachten en moeilijkheden om werk en privéleven in evenwicht te houden baart ons zorgen. Om dit aan te pakken moet er meer aandacht zijn voor administratieve vereenvoudiging en moeten ondernemers meer kansen krijgen om te investeren in managementcompetenties en om hun professioneel netwerk te versterken.”
Vinger aan de pols met werkbaarheidsmonitor
De sociale partners in de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) benadrukken al jaren dat langer werken maar kan lukken als dit ook haalbaar is voor de mensen. Ruim vijftien jaar geleden vatten ze dit in de term ‘werkbaar werk’: Werkbaar werk staat voor jobs waarvan je niet overspannen of ziek wordt, die boeiend en motiverend zijn, voldoende kansen bieden op bijblijven/bijleren en voldoende ruimte laten voor gezin en privéleven.
In het Pact 2020 formuleerden de sociale partners en de Vlaamse Regering de doelstelling om het aandeel werkenden met werkbaar werk jaarlijks met 0,5 procentpunt te laten stijgen. Voor de zelfstandige ondernemers zou dit in 2020 een werkbaarheidsgraad rond 55% moeten opleveren. Om dit na te gaan meet de Stichting Innovatie & Arbeid, het onderzoekscentrum van de SERV, driejaarlijks de kwaliteit van de jobs in Vlaanderen via een grootschalige schriftelijke enquête (2016: bij 2700 zelfstandige ondernemers).
Werkbaarheidsgraad in 2016
Tussen 2007 (= ijkpunt) en 2013 steeg de werkbaarheidsgraad van 47,7% naar 51,4%. In 2016 registreert de monitor 50,7% werkbare jobs bij zelfstandige ondernemers. Over de hele periode is er een stijging met 3 procentpunt. De werkbaarheidscijfers lopen licht achter op het uitgestippelde groeipad van het Pact 2020 (zie grafiek).
Werkstress en werk-privébalans bemoeilijken werkbaar werk
Een blik op de onderliggende werkbaarheidsindicatoren geeft een concreter beeld van de werksituatie van zelfstandige ondernemers:
- Een derde (33,0% of 115.000) van de zelfstandige ondernemers heeft het moeilijk om evenwicht in de werk-privébalans te vinden. De vooruitgang die in 2013 werd geboekt (een daling van de probleemgroep van 35,0% naar 31,6%) zet zich niet door.
- Psychische vermoeidheid blijft ook in 2016 het belangrijkste werkbaarheidsknelpunt: 36,2% (of 125.000) van de zelfstandige ondernemers rapporteert werkstressklachten. Dit is een significante toename met drie procentpunt tegenover 2013. De werkstress ligt onder meer hoog bij zelfstandige ondernemers die hun activiteiten zien krimpen. Zelfstandigen die groeien, betalen een prijs onder de vorm van hoge werkdruk. Snelle ontwikkelingen in het ondernemingslandschap (digitalisering, disruptieve economie) laten weinig zelfstandige ondernemers ongemoeid.
- De job van de overgrote meerderheid van de zelfstandige ondernemers biedt voldoende leerkansen. Slechts 3,5% signaleert knelpunten op dit vlak. Dat is een derde minder dan in 2007: zelfstandigen hebben vandaag minder vaak routinematig werk en investeren meer in de eigen permanente vorming en bijscholing.
- Ruim 9 op de 10 van de ondernemers zijn enthousiast aan de slag. Slechts 9,3% (of 32.500) zelfstandigen kampt in 2016 met motivatieproblemen. Deze indicator schommelt sinds 2007 rond hetzelfde peil: welbevinden op het werk blijft dus een aandachtspunt.
Werkbaar ondernemen = duurzaam ondernemen
De SERV-partners willen verder blijven inzetten op een werkbare arbeidssituatie voor zelfstandige ondernemers. Eerst en vooral vragen ze meer administratieve vereenvoudiging (cf. recente SERV-adviezen betere regelgeving) en ijveren ze voor gezinsondersteunende maatregelen op ‘ondernemersmaat’. Door een gunstig ondernemersklimaat te scheppen en bestaande advieskanalen te benutten (KMO-portefeuille en KMO-groeisubsidie) kunnen ondernemers verder investeren in vaktechnische én managementcompetenties en tijd maken om het eigen professioneel netwerk (familieraad, associatie, externe raadgevers, beroepsverenigingen) te versterken én aan te spreken.
Want werkbaar werk is één van de sleutels tot duurzaam ondernemerschap. De werkbaarheidsmonitor 2016 leert ons dat 87,6% van de zelfstandige ondernemers van veertig jaar of ouder met een werkbare job doorwerken tot het pensioen haalbaar vinden. Dit aandeel neemt systematisch af naarmate ze met één of meerdere werkbaarheidsknelpunten geconfronteerd worden: van 65,8% bij één werkbaarheidsknelpunt, over 52,5% bij twee knelpunten, tot 32,3% bij drie of vier knelpunten.